Waar ik denk dat ik geef, ben ik just degene die ontvangt
Famara. Hij houdt mij al een tijdje goed in de gaten. Heel schuchter komt hij naast me lopen. Op blote voeten, zonder iets te zeggen. Het te grote en smoezelige shirt dat hij aan heeft, hangt achterstevoren om zijn tengere lijfje. Zijn handje schuift voorzichtig in die van mij. En zo komen we samen aan bij het voetbalveld in Sittanunku, een dorp in een regio die tot de armsten van heel Afrika wordt gerekend. Hij blijft dicht in mijn buurt als ik ga zitten op een stoel die voor mij klaar is gezet. Er wordt een wedstrijd gespeeld, als dank, omdat ik zojuist nieuwe shirtjes en voetballen heb gebracht voor de spelende teams.
Famara. Hij staat naast me te draaien, net zo lang totdat ik hem op schoot neem. En eenmaal op schoot, komt hij eens lekker tegen mij aanzitten. Ik kan niet anders dan hem stevig vasthouden, hem alle liefde geven die ik op dat moment in mij heb. Ik geef hem een paar slokjes uit het blikje drinken dat ik heb gekregen. Dan draait hij zich om. Hij vraagt, in het Mandinka, zijn eigen stammentaal. En ik begrijp, zonder zijn woorden te verstaan. Ik geef hem het hele blikje, en gulzig drinkt hij verder. Ik deel daarna ook mijn broodje met bonen met hem, een lokale lekkernij. Hongerig valt hij aan. Alsof zijn laatste maaltijd al een hele tijd geleden is. Wat waarschijnlijk nog wáár is ook. Dan kijkt en wijst hij naar mijn gezicht, en wijst vervolgens naar zijn eigen gezicht. En ook dat begrijp ik. Ik zet mijn grote zonnebril op zíjn kleine neus.
En dan gebeurt er iets met hem. Hij verandert van een schuchter ventje in een stoere bink. Van een ogenschijnlijke ‘Niemand’ in een zelfbewust ‘Iemand’. Hij wordt stoer. Poseert als een echte filmster, in zijn te grote smoezelige shirt, op blote voeten, en met mijn zonnebril op zijn kleine neus.
Famara. Men vertelt mij dat hij een spraakprobleem heeft. Iets met een vergroeing van zijn tong. Ongetwijfeld zal hem dat in zijn nog jonge leven al vaak aan de zijlijn hebben geplaatst. Maar niet vandaag. Want vandaag steelt híj de show. Voor míj vertegenwoordigt de kleine Famara alles en iedereen waarvoor ik het doe. Waarvoor ik help. Kinderen die als Niemand geboren lijken te zijn, laten ontwikkelen tot Iemand. Zoals het bedoeld is. Ik realiseer me hoe bevoorrecht ik ben. Want hoe weínig Famara zélf ook heeft, wat hij míj geeft, is onbetaalbaar. En wat gun ik hém, en ál die andere kinderen in Gambia, een betere toekomst. En wat zál ik mij daar voor in zetten, meer nog dan ooit tevoren. Want waar ik denk dat ik geef, ben ik juist degene die ontvangt…
Contact
stichting 4Gambia
Géke Lagerburg-Schutte
www.4gambia.nl